De spuitzone die in de praktijk wordt gehanteerd in de ruimtelijke ordening is een richtafstand. Helaas wordt die nogal rigide uitgelegd alsof het wetgeving is. Vanwege mogelijke drift bij het bespuiten van appel- en perenbomen in een boomgaard is het verstandig voldoende afstand te houden tussen een boomgaard en gevoelige functies, zoals woningen met tuinen. De 50 meter spuitzone is echter een in de praktijk gegroeide vuistregel en geen wetgeving of rocket science. Nog steeds wordt er krampachtig aan vastgehouden, ook in recente rechtspraak. Wat voldoende afstand is hangt af van veel factoren en van de omstandigheden, en die zijn niet zwartwit. Op dit moment wordt Nederland op slot gezet door rigide toepassing van de 50 meter zone, zowel bij weilanden als bij boomgaarden. Zwartwit, zonder enige nuance. Het slaat nergens op en is schijnzekerheid.
De richtafstand kent zijn oorsprong uit het Streekplan 1996 van de provincie Gelderland en is inmiddels al meer dan 25 jaar oud. Relevant is te vermelden dat in die tijd de regelgeving met betrekking tot het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen beperkt was en er nauwelijks rekening werd gehouden met de toepassing van bijvoorbeeld driftreducerende spuitmethoden, zoals driftreducerende spuitdoppen. Ook de toelatingsprocedure van gewasbeschermingsmiddelen was in die tijd door minder regels en vereisten omgeven dan nu het geval is. Verder was er in die tijd amper sprake van geïntegreerde gewasbescherming of het streven naar duurzaam gebruik van gewasbeschermingsmiddelen.
Een verantwoorde afstand tussen gevoelige functies en agrarische percelen met open teelten hangt onder meer af van het soort teelt ter plaatse, toxiciteit van de gebruikte middelen, rijsnelheid van de spuitmachine, gebruikte spuitmethode, windsnelheid- en overheersende windrichting en andere plaatselijke omstandigheden. Drift uit bijvoorbeeld een appel- of perenboomgaard is door de aard van de bespuitingen, met name op- en zijwaarts gericht spuiten en hoge spuitfrequentie, intensiever dan bijvoorbeeld bij bespuitingen in de lage bomenteelt waar neerwaarts wordt gespoten.
Helaas worden we in Nederland in de ruimtelijke ordening geleid door de juridische werkelijkheid, ambtelijke checklists, emotie en door modellen, nauwelijks door feiten. Dat is bijzonder jammer, want de juridische werkelijkheid bestaat naast de feitelijke realiteit en wetenschap. Modellen zijn belangrijke hulpmiddelen, maar geen zwartwit waarheid. De realiteit is complex en weerbarstig en zit vol nuances. Het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen is bovendien volop in beweging en de agrarische wereld ook, jammer dat er zo eenzijdig naar gekeken wordt! Er is vooral veel angst onder gemeenten: bang om beslissingen te nemen of de regie te pakken. Heel jammer en onnodig beperkend.